literaire roman (2020)
Op eigen initiatief zou ik dit boek nooit uit de rekken gehaald hebben. De reden is simpel: ik heb een hekel aan pretparken. Die kleffe drukte, de uitzichtloze wachtrijen, een wansmakelijke ratjetoe aan geluiden, te groot uitgevallen tekenfilmfiguren die zich aan je vastklampen, een allegaartje aan geuren die ik liever niet wens te inhaleren… (Oké, ik stop! We houden het prettig!). Dat lijkt misschien maar een banale reden om niet voor een verhaal te kiezen, maar een mens moet zich érgens op baseren bij een blind date met een boek. In dit geval kreeg ik een instant pretpark-gevoel bij de aanblik van de cover en dat is bij mij een no-go van jewelste…
Maar…. Mijn pretpark-aversie bleek niet opgewassen tegen de verwoestende kracht van de sociale media. Ik zag de cover meermaals passeren op mijn smartphonescherm. Meer dan eens werd er met enthousiasme geschreven over het verhaal. Ik werd nieuwsgierig: de cover werd ‘gescreenshot’ en in de ellenlange lijst met ‘te lezen boeken’ geplaatst. Niet lang daarna vloog het boek over de toonbank recht mijn winkeltas in. Pretpark op of af, ik zou aan het lezen slaan. Mijn verlangen naar een goed boek is immers veel groter dan mijn afkeer van een pretpark.
Naar verluidt is schrijfster Nancy Olthoff aan haar debuut toe met deze roman. Ik kan u stellig meedelen dat ik deze schrijfster zal blijven volgen. Want wat heb ik genoten van dit verhaal!!
"Herman is 'bijzonder'. Sommigen noemen hem zelfs 'een beetje anders'. Maar als je hem leert kennen, kan je gewoon niet anders dan de man omarmen."
Herman van Dusselen is 32 jaar en een gepassioneerd knikkeraar (als dat al een woord is…). Als kind verloor hij zijn beide ouders op zeer tragische wijze… Herinneringen aan vroeger duwt hij ver van zich af. Maar ongewild dringen ze zich toch aan hem op: ‘Singer (naaimachine). Mama. Dood. Die voortdurende associaties brengen hem telkens daar waar hij liever niet wil zijn: bij de dood. Wanneer hij op een dag Jeanette de Suikerspinnenverkoopster ontmoet in het pretpark Wonderland, lijkt dat een welgekomen aanzet te zijn om langzaam uit te breken uit zijn eigen wereld. “Hij is ingezwachteld als een mummie door het leven gegaan.” Jeanette dwingt Herman (onbewust) om uit zijn veilige wereld te stappen. Zal hij vasthouden of zal hij tóch loslaten?
Olthoff zet Herman van Dusselen op een bijzonder geloofwaardige manier neer. Ik geloofde het personage he-le-maal. Wanneer je Herman ontmoet bij aanvang van het verhaal, moet je wennen. Hij is ‘bijzonder’. Sommigen noemen hem zelfs ‘een beetje anders’. Maar als je hem leert kennen, kan je gewoon niet anders dan de man omarmen. En met hem meevoelen. Hem begrijpen. En hopen, samen met hem, dat het allemaal eindelijk eens beter wordt.
‘Leven volgens de regels, perfectie nastreven, niet te veel doormalen over gevoelens, uitkijken, voorzichtig zijn, doordoen, volhouden’. Als zoon van een militair zijn regels en het strikt opvolgen ervan van kapitaal belang. Al van kindsbeen af krijgt Herman de ene tegelwijsheid na de andere in zijn maag gesplitst.
‘Beter een halfuur te vroeg, dan 5 minuten te laat.’
‘Wie mikt op een 7, krijgt nooit een 10.’
Zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen.’
‘Niet geschoten, altijd mis.’
‘Als je doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg.’
Het kluwen van regels waarin Herman zichzelf bevindt, wekte zó veel medeleven en medelijden bij mij op. De schaamte, de pijn, de gênante situaties… Herman stapelt ze op. Hartverscheurend! Het is in en in triestig om te zien hoe iemand tijdens zijn jeugd zó gekneed, gevormd en getekend kan worden dat van enige ‘normale’ toekomst amper nog sprake kan zijn.
Het feit dat Olthoff erin geslaagd is een heel realistisch beeld neer te zetten van de protagonist, heeft alles te maken met haar bijzonder rake schrijfstijl en haar, bij momenten, poëtische schrijfsels. Ze weet op zo’n krasse manier te verwoorden wat Herman denkt en voelt, dat je soms niet anders kan dan hardop lachen. Hoe intriest dit verhaal ook lijkt, er zit écht humor in. Ik zou tot citeren willen overgaan om dit te illustreren, maar dat zou geen goed idee zijn. Humor uit zijn context halen is zelden een strak plan. Maar lees het gewoon zelf! Je zal het merken!
Ook haar keuze voor het vertelstandpunt was een schot in de roos. Ze koos voor een personele hij-verteller. Dat creëert afstand, en toch nabijheid. Precies wat het personage Herman nodig heeft om geloofwaardig over te komen. Je wil hem begrijpen, maar je kán hem niet begrijpen. Dichtbij en toch veraf.
Proficiat, Mevrouw Olthoff! U en Herman hebben er een grote fan bij! Aan Herman zijn verhaal is hoogstwaarschijnlijk een einde gekomen, maar aan dat van u nog lang niet! Wordt vervolgd… (maar zonder pretparken dan? ;))
Commenti